In de spotlight: Dunkin' Donuts

  • Inspiratie
  • Nieuws

door Anna Helmus

Wie

Team: Dunkin’ Donuts

Challenge: Space

Het probleem

In Nederland is weinig ruimte. De ruimte die er is, is in monofuncties verdeeld. Denk aan landbouw, industrie, natuur en woningen. Met de energietransitie komt ook duurzame energie als ruimteclaim daarbij. Energie is echter niet óók als monofunctie in te passen, want het is randvoorwaardelijk voor andere vormen van landgebruik. Je kunt niet meer niét nadenken over energie als je bijvoorbeeld een woonwijk of industrieterrein ontwikkelt en bouwt.

De competitie om de ruimte wordt ook nog eens versterkt of in stand gehouden doordat instituties in silo’s zijn georganiseerd. Bijvoorbeeld: gemeenten gaan over het algemeen over woningbouw, de provincies zijn bezig met natuurbehoud en stikstof, terwijl netbeheerders gaan over ‘het net’. De ruimte kan optimaler worden ingericht als je deze functie combineert en in samenhang benut.

Een tweede probleem is dat de overheid aansluiting mist met de burger. Participatie komt moeilijk tot stand. Bewoners mogen hooguit laag op de participatieladder meedoen. Lokale gemeenschappen staan buitenspel. Daarnaast laat onderzoek laat zien dat bewoners niet denken in monofuncties: ze koppelen vrijwel automatisch meerdere vormen van landgebruik aan elkaar. Het denken in monofuncties sluit daarom niet aan bij de beleving van de burger.

De oplossing

Wij zien lokale, meervoudige inrichting van de ruimte al op honderden plekken in Nederland ontstaan. Dit is de Wereld van B in wording. Onze propositie is dan ook om deze gedistribueerde aanpakken in wording te helpen opschalen. Hiervoor zijn een aantal randvoorwaarden nodig die we met alle betrokken partijen moeten onderzoeken.

We willen een leertraject organiseren waarin drie leerlijnen aan bod komen:

  1. Gevestigde partijen leren van lokale gemeenschappen: wat zijn de sociale structuren op basis waarvan de gemeenschappen functioneren? Hoe organiseert een lokale gemeenschap zich? Wat hebben lokale gemeenschappen nodig van gevestigde partijen om in hun behoeften te voorzien?
  2. Gevestigde partijen leren van elkaar: hoe neemt een gemeente besluiten over de inrichting van de ruimte, en hoe verhoudt zich dat tot de werkwijze van bijvoorbeeld netbeheerders, waterschappen, en woningcorporaties?
  3. Lokale gemeenschappen leren van elkaar: hoe organiseren verschillende lokale gemeenschappen zich? Hoe combineren zij landgebruiksfuncties op lokaal niveau? Hoe gaan zij om met verantwoordelijkheden, etc.?

Ons einddoel is om een Deltaplan gedistribueerd opschalen van ‘cellen’ vorm te geven. De cellen zijn lokale gemeenschappen die samen ruimtegebruik optimaliseren, door functies te mengen, met energie als aanjager. In dit Deltaplan komen elk van de bovenstaande leerlijnen aan bod.

Hulpvraag

Lef en commitment van gevestigde partijen als gemeenten, provincies, Rijk, netbeheerders en woningcorporaties om te willen leren van lokale gemeenschappen en daarna echt samen aan de slag te gaan.